Jesus heeft gezegd:
Ik ben de Waarheid.
Joh. 14, 6
Wie luistert naar mijn
woord, en in Hem gelooft, die Mij heeft gevonden, hij heeft het eeuwig leven.
Joh. 5, 24.
Eerste les
God - Artikel 1. Ik
geloof in God, de Almachtige Vader, Schepper van hemel en aarde
Vraag 5: Wie is God?
Vraag 5: Wie is God?
God is onze Vader, Die in de hemel woont.
Vraag 6: Waaruit weten wij, dat God bestaat?
Dat God bestaat, weten wij, uit de openbaring, die vooral
Jesus ons gedaan heeft; ook uit alles, wat geschapen is.
Vraag 7: Is er meer dan één God?
Er is maar één God.
Vraag 8: Kunnen wij God zien?
Wij kunnen God niet zien; want Hij heeft geen lichaam; Hij is
de oneindig volmaakte Geest.
'Niemand heeft ooit God gezien. De ééngeboren Zoon, die aan de boezem
van de Vader rust, heeft Hem verkondigd'. Joh. 1, 18.
Vraag 9: Waarom noemen wij God oneindig volmaakt?
Wij noemen God oneindig volmaakt, omdat Hij alle goede
eigenschappen zonder beperking bezit.
Vraag 10: Heeft God altijd bestaan?
God heeft altijd bestaan, Hij is eeuwig.
'Aan de Koning der eeuwen, de onvergankelijke, onzichtbare, enige God,
eer en glorie in de eeuwen der eeuwen, Amen'. 1 Tim. 1, 7.
Vraag 11: Kan God alles?
God kan alles, Hij is almachtig.
Vraag 12: Waar is God?
God is in de hemel, op aarde en op alle plaatsen, Hij is
overal.
Vraag 13: Weet en ziet God alles?
God weet en ziet alles, het goede, maar ook het kwade, Hij
is alwetend.
Vraag 14: Is God rechtvaardig?
God is rechtvaardig, naar verdienste beloont Hij het goede
en straft Hij het kwade.
Vraag 15: Is God barmhartig?
God is barmhartig, Hij vergeeft graag aan de zondaar, die
berouw heeft.
Vraag 16: Is God goed?
God is goed, Hij bemint ons met een oneindige liefde, en al
het goede komt van Hem.
'God is liefde'. 1 Joh. 4, 8.
Tweede les
Eén God in drie
Personen.
Vraag 17: Wat belijden wij door de woorden van het
Kruisteken?
Door de woorden van het Kruisteken belijden wij, dat er in
God drie Personen zijn, de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.
Vraag 18: Hoe weten wij, dat er in God drie Personen zijn?
Dat er in God drie Personen zijn, weten wij, omdat Jesus
zelf ons dat geleerd heeft.
Vraag 19: Is ieder van deze drie Personen werkelijk God?
Ieder van deze drie Personen is werkelijk God, de Vader is
God, de Zoon is God en de Heilige Geest is God.
Vraag 20: Waarom zijn de drie goddelijke Personen één God?
De drie goddelijke Personen zijn één God, omdat Zij alle
drie één en hetzelfde goddelijke Wezen hebben.
Vraag 21: Is de ene goddelijke Persoon iets meer dan de
andere goddelijke Persoon?
Neen, de drie goddelijke Personen zijn alle drie even
volmaakt.
Vraag 22: Hoe noemen wij de éne God in drie Personen?
De éne God in drie Personen noemen wij de Allerheiligste
Drieëenheid of Drievuldigheid.
'De genade van de Heer Jesus Christus, de liefde van God, en de
gemeenschap van de Heilige Geest zij met u allen'. 2 Kor. 1, 13.
Het
Feest van de Allerheiligste Drieëenheid wordt gevierd op de eerste Zondag na
Pinksteren. Wij belijden ons geloof in de Allerheiligste Drieëenheid door, het
Kruisteken en het 'Eer aan de Vader'.
Derde les
God, Schepper, Heer
en Bestuurder van hemel en aarde
Vraag 23: Waarom noemen wij God Schepper?
Wij noemen God Schepper, omdat Hij alles heeft gemaakt
alleen door Zijn almachtige wil.
Vraag 24: Waarom heeft God alles geschapen?
God heeft alles geschapen om Zijn grootheid en liefde te
tonen.
Vraag 25: Waarom noemen wij God Heer?
Wij noemen God Heer, omdat alles aan Hem toebehoort.
Vraag 26: Wat doet God na de schepping voor de wereld?
Na de schepping behoudt en bestuurt God de wereld.
Vraag 27: Wat wil zeggen: God behoudt de wereld?
God behoudt de wereld wil zeggen, God doet door Zijn almacht
de wereld voortbestaan.
Vraag 28: Wat wil zeggen: God bestuurt de wereld?
God bestuurt de wereld wil zeggen, God leidt alles tot het
doel, waartoe Hij de wereld geschapen heeft.
Vraag 29: Hoe noemen wij de zorg van God voor de wereld?
De zorg van God voor de wereld noemen wij de goddelijke
Voorzienigheid.
'Zij reikt van het ene einde tot het andere met kracht en zij regeert
het heelal met goedheid'. Wijsh. 8, 1.
Vraag 30: Welk voordeel geeft ons de gedachte aan Gods
Voorzienigheid?
De gedachte aan Gods Voorzienigheid troost en bemoedigt ons
in lijden en tegenspoed, en doet ons altijd op God vertrouwen.
'Werpt op Hem al uw bekommernis;
want Hij draagt zorg voor u'. 1 Petr. 5, 7.
Vraag 31: Als God voor alles zorgt, hoe komt het dan, dat er
zoveel ellende op aarde is?
Dat er zoveel ellende op aarde is, komt door de zonde.
Vraag 32: Welke zijn de voornaamste schepselen?
De voornaamste schepselen zijn de engelen en de mensen.
'Wat is de mens, dat Gij zijner gedenkt, het mensenkind dat Gij voor
hem zorgt? Toch hebt Gij hem weinig minder bedacht dan de engelen'. Ps. 8,
5-6.
Les 4
De engelen en hun zondeval
Vraag 33: Wat zijn engelen?
Engelen zijn verheven, onsterfelijke geesten.
Vraag 34: Met welk doel zijn de engelen door God geschapen?
De engelen zijn door God geschapen om Hem te eren en te
dienen, en daardoor gelukkig te zijn.
Vraag 35: Hoe waren de engelen, toen God hen geschapen had?
Toen God de engelen geschapen had, waren zij allen goed en
gelukkig.
Vraag 36: Zijn alle engelen goed en gelukkig gebleven?
Niet alle engelen zijn goed en gelukkig gebleven; vele
engelen hebben gezondigd en zijn voor eeuwig in de hel gestort.
Vraag 37: Hoe worden de gevallen engelen genoemd?
De gevallen engelen worden duivels of boze geesten genoemd.
Vraag 38: Wat willen de duivels ons doen?
De duivels willen ons naar ziel en lichaam kwaad doen, want
zij haten en benijden ons.
Vraag 39: Hoe kunnen wij de duivels beletten ons kwaad te
doen?
Wij kunnen de duivels beletten ons kwaad te doen, door
waakzaam te zijn, te bidden en aan hun bekoringen weerstand te bieden.
'Weest nuchter en waakzaam. De duivel, uw vijand, zwerft rond als een
brullende leeuw, op zoek wie hij verslinden zal. Weerstaat hem, sterk door het
geloof!' 1 Petr. 5, 8-9.
Vraag 40: Waarmee heeft God de goede engelen beloond?
God heeft de goede engelen beloond met de hemel, waar zij
voor eeuwig volkomen gelukkig zijn.
'Hun engelen in de hemel aanschouwen altijd het aanschijn van Mijn
Vader, die in de hemel is'. Matt. 18, 10
Vraag 41: Zijn er ook engelen, die ons bijzonder bewaren?
Er zijn ook engelen, die ons bijzonder bewaren van het begin
tot het einde van ons leven; en ieder mens heeft zulk een engel, het is zijn
engelbewaarder.
'Hij zal voor u Zijn engelen bevelen om u te hoeden op al uw wegen. Op
de handen zullen zij u dragen opdat ge uw voeten niet stoot aan een steen'. Ps.
9, 11-12.
Vraag 42: Wat doet onze engelbewaarder voor ons?
Onze engelbewaarder beschermt ons naar ziel en lichaam, hij
helpt ons tijdens ons leven en in het uur van onze dood.
Vraag 43: Wat moeten wij doen jegens onze engelbewaarder?
Wij moeten onze engelbewaarder vereren, hem met vertrouwen
aanroepen en naar zijn inspraken luisteren.
Feest
van onze engelbewaarder, 2 Oktober.
Vijfde Les
De eerste mensen en
hun zondeval
Vraag 44: Wat zijn mensen?
Mensen zijn schepselen, die bestaan uit een onsterfelijke
ziel en een sterfelijk lichaam.
Vraag 45: Wat is het voornaamste in de mens?
Het voornaamste in de mens is de ziel, want de ziel is een
onsterfelijke geest, geschapen naar Gods beeld en gelijkenis.
'Laat ons de mens maken als ons beeld, op ons gelijkend; hij heerse
over de vissen der zee, de vogels in de lucht, de viervoetige dieren en over
heel de aarde met alles wat er op kruipt'. Gen. 1, 26.
Vraag 46: Wie waren de eerste mensen?
De eerste mensen waren Adam en Eva.
Vraag 47: Waar leefden de eerste mensen?
De eerste mensen leefden gelukkig in het aards paradijs.
Vraag 48: Met welk doel zijn de mensen door God geschapen?
De mensen zijn door God geschapen om Hem te eren en te
dienen, en daardoor gelukkig te zijn, eerst hier op aarde en later voor eeuwig
in de hemel.
Vraag 49: Welk is de voornaamste gave, die God aan Adam en
Eva geschonken heeft?
De voornaamste gave, die God aan Adam en Eva geschonken
heeft, is de heiligmakende genade.
Vraag 50: Wat waren Adam en Eva door de heiligmakende
genade?
Door de heiligmakende genade waren Adam en Eva kinderen van
God en erfgenamen van de hemel.
Vraag 51: Wat ontvingen Adam en Eva tegelijk met de
heiligmakende genade?
Tegelijk met de heiligmakende genade ontvingen Adam en Eva
nog bijzondere voorrechten, 1. de geneigdheid tot het goede; 2. een helder
inzicht; 3. het vrij zijn van lijden en dood.
Vraag 52: Waren de genade en die bijzondere voorrechten voor
Adam en Eva alleen bestemd?
De genade en die bijzondere voorrechten waren niet voor Adam
en Eva alleen bestemd, maar voor alle mensen.
Vraag 53: Zijn Adam en Eva aan God onderdanig gebleven?
Adam en Eva zijn aan God niet onderdanig gebleven; zij
hebben zwaar gezondigd.
Vraag 54: Wie heeft Adam en Eva tot zonde verleid?
De duivel heeft Eva tot zonde verleid en Eva heeft Adam
verleid.
Vraag 55: Wat verloren Adam en Eva door hun zware zonde?
Adam en Eva verloren door hun zware zonde de heiligmakende
genade en ook de bijzondere voorrechten.
Zesde les
De erfzonde
Vraag 56: Heeft Adam door zijn zonde alleen zichzelf
ongelukkig gemaakt?
Adam heeft door zijn zonde niet alleen zichzelf ongelukkig
gemaakt maar ook alle andere mensen.
Vraag 57: Waarom heeft Adam door zijn zonde ook alle andere
mensen ongelukkig gemaakt?
Adam heeft door zijn zonde ook alle andere mensen ongelukkig
gemaakt, omdat Adam volgens Gods beschikking het hoofd was van het menselijk
geslacht.
'Zoals door één mens de zonde in de wereld is gekomen en door de zonde
de dood, zo ook is de dood over alle mensen gekomen, omdat allen hebben
gezondigd'. Rom. 5, 12.
Vraag 58: Wat is de erfzonde?
De erfzonde is de toestand van zonde of van vijandschap met
God, die alle mensen van Adam erven.
Vraag 59: Is er niemand van de erfzonde vrijgebleven?
Niemand is van de erfzonde vrij gebleven, behalve de
Allerheiligste Maagd Maria. De Onbevlekte Ontvangenis van Maria, Feestdag 8
December.
Vraag 60: Wat missen wij door de erfzonde?
Door de erfzonde missen wij de heiligmakende genade en de
bijzondere voorrechten, die Adam en Eva ontvangen hebben.
Vraag 61: Zijn de mensen van de heiligmakende genade beroofd
gebleven?
De mensen zijn niet van de heiligmakende genade beroofd
gebleven, want God heeft Zich over de mensen ontfermd.
Vraag 62: Zijn de mensen van de bijzondere voorrechten
beroofd gebleven?
De mensen zijn hier op aarde van de bijzondere voorrechten
beroofd gebleven, maar zij zullen deze wederom ontvangen in de hemel en bij de
glorievolle verrijzenis van het lichaam.
Vraag 63: Hoe heeft God Zich over de mensen ontfermd?
God heeft Zich over de mensen ontfermd door hun een
Verlosser te zenden.
'Want zo heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn ééngeboren Zoon
heeft gegeven; opdat allen, die in Hem geloven, niet verloren zouden gaan, maar
het eeuwige leven zouden hebben'. Joh. 3, 16.
Zevende les
De voorbereiding op
de Verlosser
Vraag 64: Heeft God terstond na de zonde van Adam de
Verlosser gezonden?
God heeft wel terstond na de zonde van Adam de Verlosser
beloofd, maar Hem pas vele eeuwen later gezonden.
Vraag 65: Hoe heeft God de wereld op de komst van de
Verlosser voorbereid?
God heeft de wereld op de komst van de Verlosser voorbereid
door het Oude Verbond.
Vraag 66: Wat is het Oude Verbond?
Het Oude Verbond is het verbond, dat God sloot met het
uitverkoren Joodse volk.
'Zie, dat is van Mijn kant het
Verbond met u, Gij zult de vader worden van een menigte volken! Uw God zal Ik
zijn en van uw kroost na u, van geslacht tot geslacht als een eeuwig Verbond'.
Gen. 17, 4 en 7.
Vraag 67: Heeft God het Joodse volk op de komst van de
Verlosser voorbereid?
God heeft het Joodse volk op de komst van de Verlosser
voorbereid:
1. door de belofte over de Verlosser steeds duidelijker te
herhalen;
2. door bijzonderheden te openbaren over de toekomstige
Verlosser.
Vraag 68: Aan wie werd de komst van de Verlosser
aangekondigd?
De komst van de Verlosser werd aangekondigd aan de H. Maagd
Maria, toen de Aartsengel Gabriël haar boodschapte, dat zij tot Moeder van de
Verlosser was uitverkoren.
Wij
herdenken deze aankondiging op de feestdag, Maria Boodschap, 25 Maart, en door
driemaal daags te bidden, De Engel des Heren. Toen de Verlossing was voltrokken
eindigde het Oude Verbond en begon het Nieuwe Verbond. In dit Nieuwe Verbond
geeft God de genade om zalig te kunnen worden aan alle mensen door Jesus
Christus, de Middelaar van het Nieuwe Verbond.
Achtste les
Jesus Christus -
Artikel 2. 'En in Jesus Christus, Zijn enige Zoon, onze Heer'
Vraag 69: Wie is de Verlosser?
De Verlosser is onze Heer, Jesus Christus.
Vraag 70: Wie is Jesus Christus?
Jesus Christus is God de Zoon, Die voor ons is mens
geworden.
Vraag 71: Is Jesus Christus God en mens tegelijk?
Jesus Christus is God en mens tegelijk, Hij is de Godmens.
Vraag 72: Zijn er in Christus twee naturen?
In Christus zijn twee naturen, de goddelijke natuur en de
menselijke natuur.
Vraag 73: Zijn er in Christus ook twee personen?
Christus is maar één Persoon, de goddelijke Persoon, God de
Zoon.
Vraag 74: Wat betekenen de namen 'Jesus', 'Christus'?
'Jesus' betekent, 'de Heer redt'; 'Christus' betekent,
'Gezalfde'.
Feestdag
van de Zoete Naam van Jesus.
'De Engel des Heren sprak tot
Josef, Gij zult Hem Jesus noemen, want Hij zal zijn volk verlossen van hun zonden'.
Matt. 1, 20-21.
Vraag 75: Waarom noemen wij Jesus Christus onze Heer?
Wij noemen Jesus Christus onze Heer, omdat Hij ons verlost
heeft en wij Hem dus geheel toebehoren.
Negende les
De Menswording van
God de Zoon
Artikel 3. 'Die
ontvangen is van de H. Geest, geboren uit de Maagd Maria'
Vraag 76: Wat wil zeggen: God de Zoon is mens geworden?
God de Zoon is mens geworden wil zeggen, God de Zoon heeft
een menselijke ziel en een menselijk lichaam aangenomen.
Vraag 77: Is de Godmens in alles aan ons gelijk geworden?
De Godmens is in alles aan ons gelijk geworden, behalve in
de zonde.
Vraag 78: Hoe is God de Zoon mens geworden?
God de Zoon is mens geworden uit de Allerheiligste Maagd
Maria door een bijzondere inwerking van de Heilige Geest.
Vraag 79: Wie is de Moeder van Jesus Christus?
De Moeder van Jesus Christus is de H. Maagd Maria.
Vraag 80: Is Maria werkelijk de Moeder van God?
Maria is werkelijk de Moeder van God, want haar Zoon Jesus
is werkelijk God.
Vraag 81: Waarom wordt Maria de H. Maagd genoemd?
Maria wordt de H. Maagd genoemd, omdat Zij de zuiverste en
heiligste van alle mensen is en altijd maagd is gebleven.
Vraag 82: Wie is de H. Josef ?
De H. Josef is de voedstervader van Jesus Christus.
Vraag 83: Waar is Jesus geboren?
Jesus is geboren te Bethlehem in een stal.
Vraag 84: Wanneer vieren wij het feest van Jesus' geboorte?
Het feest van Jesus' geboorte vieren wij op Kerstmis, 25
December.
Vraag 85: Waarom is God de Zoon mens geworden?
God de Zoon is mens geworden:
1. om voor de zonden van de mensen aan Zijn Vader voldoening
te geven
2. om voor ons de genade en het recht op de hemel te verdienen
3. om ons door Zijn voorbeeld en Zijn leer de weg naar de
hemel te wijzen.
Tiende les
De jeugd van Jesus
Christus en Zijn verborgen leven
Vraag 86: Hoe heeft God de geboorte van Zijn Zoon bekend
gemaakt?
God heeft de geboorte van Zijn Zoon bekend gemaakt aan de
herders van Bethlehem door een engel en aan de Wijzen uit het Oosten door een
wonderbare ster.
Feestdag, De Verschijning des
Heren of Driekoningen, 6 januari.
Vraag 87: Wanneer werd Jesus in de tempel aan God
opgedragen?
Jesus werd in de tempel aan God opgedragen op de veertigste
dag na Zijn geboorte. Feestdag van Maria Lichtmis, 2 februari.
Vraag 88: Door wie is Jesus kort na Zijn geboorte vervolgd?
Kort na Zijn geboorte is Jesus vervolgd door de wrede koning
Herodes, die het goddelijk Kind zocht te doden.
Vraag 89: Hoe ontkwam Jesus aan de vervolging van Herodes?
Jesus ontkwam aan de vervolging van Herodes doordat St.
Josef op bevel van een engel met het goddelijk Kind en Zijn Moeder naar Egypte
vluchtte.
Vraag 90: Waar woonde Jesus na Zijn terugkomst uit Egypte?
Na Zijn terugkomst uit Egypte woonde Jesus te Nazareth in de
eenvoudige woning van Josef en Maria.
Feest van de Heilige Familie,
Zondag na Driekoningen.
Vraag 91: Wat leerde Jesus ons op twaalfjarige leeftijd in
de tempel?
Jesus leerde ons op twaalfjarige leeftijd in de tempel, dat
wij Gods heilige Wil boven alles moeten stellen. 'Waarom hebt gij Mij gezocht?
Wist gij dan niet, dat Ik bij Mijn Vader moest zijn?' Lk. 2, 49.
Vraag 92: Wat voor een leven leidde Jesus te Nazareth?
Jesus leidde te Nazareth een verborgen leven van gebed en arbeid,
en vooral van gehoorzaamheid. 'Hij was hun onderdanig. En Jesus nam toe in
wijsheid en jaren, en in welgevalligheid bij God en de mensen'. Lk. 2, 51-52.
Elfde les
Het openbaar leven
van Jesus
Vraag 93: Wanneer begon Jesus Zijn openbaar leven?
Jesus begon Zijn openbaar leven, toen Hij ongeveer dertig
jaar oud was.
Vraag 94: Wat deed Jesus bij het begin van Zijn openbaar
leven?
Bij het begin van Zijn openbaar leven liet Jesus Zich door
Johannes dopen in de Jordaan. Daarna vastte Hij veertig dagen en nachten in de
woestijn, en werd Hij door de duivel bekoord.
Vraag 95: Wat deed Jesus gedurende Zijn openbaar leven?
Gedurende Zijn openbaar leven preekte Jesus Zijn heilige
leer. Hij stelde twaalf Apostelen aan, en stichtte de H. Kerk.
Vraag 96: Wat deed Jesus om te laten zien, dat Hij door God
de Vader was gezonden?
Om te laten zien, dat Hij door God de Vader als Godmens was
gezonden, deed Jesus veel wonderen, door eigen macht in het bijzijn van veel
mensen.
Vraag 97: Welk is het grootste wonder van Jesus?
Het grootste wonder van Jesus is, dat Hij door eigen macht
van de dood opstond, gelijk Hij voorspeld had.
Twaalfde les
Het lijden en de dood
van Jesus
Artikel 4. 'Die
geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven'
Vraag 98: Waar
begon Jesus Zijn lijden?
Jesus begon
Zijn lijden in de Hof van Olijven.
Vraag 99: Wat
heeft Jesus geleden in de Hof van Olijven?
In de Hof van
Olijven heeft Jesus doodsangst uitgestaan. Hij is er door Judas verraden, en
aan de
Joden
overgeleverd.
Vraag 100: Wat
heeft Jesus geleden na het verraad van Judas?
Na het verraad van Judas is Jesus door de Joden gevangen
genomen en ter dood veroordeeld, door Herodes bespot, en op bevel van Pilatus
gegeseld, met doornen gekroond en ter dood gebracht.
Vraag 101: Welke
dood is Jesus gestorven?
Jesus is de
kruisdood gestorven.
Vraag 102: Waar
werd Jesus gekruisigd?
Jesus werd
gekruisigd op Calvarië, bij Jerusalem.
Vraag 103: Wanneer
is Jesus gestorven?
Jesus is
gestorven op Goede Vrijdag, na de middag omstreeks drie uur.
Vraag 104: Wat
gebeurde er met Jesus, toen Hij stierf ?
Toen Jesus
stierf scheidde Zijn ziel van Zijn lichaam, maar Zijn Godheid bleef met beide
verenigd.
Vraag 105: Wat
gebeurde er na de dood van Jesus met Zijn lichaam?
Na de dood van Jesus werd Zijn lichaam met een lans
doorstoken, van het kruis afgenomen, en in een nieuw stenen graf gelegd.
Vraag 106: Hoe heeft Jesus vooral door Zijn dood voldoening
gegeven voor onze zonden en alle genade voor ons verdiend?
Jesus heeft vooral door Zijn dood voldoening gegeven voor
onze zonden en alle genade voor ons verdiend, doordat Hij op het kruis als
Hogepriester Zichzelf als een offer aan de Hemelse Vader heeft opgedragen.
Vraag 107: Waarom
is het Kruisoffer het volmaakt Offer van het Nieuw Verbond?
Het Kruisoffer is het volmaakt Offer van het Nieuw Verbond,
omdat zowel de Hogepriester als de Offergave een oneindige waarde hebben.
Vraag 108: Voor
wie is Jesus gestorven?
Jesus is
gestorven voor alle mensen.
Vraag 109: Waarom
zullen niet alle mensen zalig worden?
Niet alle mensen zullen zalig worden, omdat zij niet allen
met Gods genade meewerken.
Wij herdenken het Lijden van
Jesus vooral gedurende de Goede Week en door de Oefening van de H. Kruisweg.
Dertiende les
De Verrijzenis van
Jesus - Artikel 5. 'Die nedergedaald is ter helle, de derde dag verrezen uit de
doden'
Vraag 110: Waar
bleef de Ziel van Jesus na Zijn dood?
De Ziel van
Jesus is na Zijn dood in het voorgeborchte nedergedaald.
Vraag 111: Wat
is het voorgeborchte?
Het voorgeborchte is de plaats, waar de zielen van de rechtvaardigen
hun verlossing door Jesus moesten afwachten.
Vraag 112: Is
het lichaam van Jesus in het graf gebleven?
Het lichaam
van Jesus is niet in het graf gebleven, maar Jesus is verrezen.
Vraag 113: Hoe
is Jesus verrezen?
Jesus verenigde Zelf Zijn ziel met Zijn lichaam en stond
onsterfelijk en verheerlijkt uit het gesloten graf op.
Vraag 114: Wanneer
is Jesus verrezen?
Jesus is
verrezen op de derde dag na Zijn dood, op Zondagmorgen.
Vraag 115: Wanneer
vieren wij de Verrijzenis van Jesus?
De Verrijzenis
van Jesus vieren wij op het hoogfeest van Pasen.
Vraag 116: Wat deed Jesus na Zijn Verrijzenis?
Na Zijn Verrijzenis verscheen Jesus gedurende veertig dagen
herhaaldelijk aan Zijn Apostelen en leerlingen, sprak met hen over de H. Kerk,
en beloofde hun de Heilige Geest te zenden.
'Door veel bewijzen heeft Hij
getoond, dat Hij ook na Zijn lijden nog leefde; gedurende veertig dagen
verscheen Hij hun herhaaldelijk en sprak met hen over het Koninkrijk Gods'.
Hand. 1, 3.
'We geloven in Hem, die uit de
doden heeft opgewekt Jesus, onze Heer, die overgeleverd werd om onze
ongerechtigheden en opgewekt om onze rechtvaardiging'. Rom. 4, 25.
Veertiende les
De Hemelvaart van
Jesus
Artikel 6. 'Die
opgestegen is ten hemel, zit aan de rechterhand van God, de Almachtige Vader'
Vraag 117: Wanneer is Jesus ten hemel opgestegen?
Jesus is ten hemel opgestegen op de veertigste dag na Zijn
Verrijzenis. Feest, Hemelvaartsdag.
Vraag 118: Hoe is Jesus ten hemel opgestegen?
Jesus is door eigen macht ten hemel opgestegen in het
bijzijn van Zijn Apostelen en vele leerlingen.
Vraag 119: Wat bedoelen wij met: Jesus zit aan de
rechterhand van God de Almachtige Vader?
Daarmee bedoelen wij, dat Jesus ook als mens deelt in de
macht en de heerlijkheid van God. 'Als gij met Christus verrezen zijt, zoekt
dan de dingen van hierboven, waar Christus is, gezeten aan Gods rechterhand'.
Kol. 3, 1.
Vraag 120: Hoe noemen wij de macht, die Christus voor altijd
bezit?
De macht, die Christus voor altijd bezit, noemen wij het
eeuwig Koningschap van Christus. Feest van Christus Koning, laatste Zondag van
October.
Vraag 121: Wat doet Christus voor ons in de hemel?
In de hemel is Christus onze Middelaar bij de Vader. Hij
bidt er altijd voor ons als onze Hogepriester.
'Kinderen, ik
schrijf u dit, opdat gij niet zoudt zondigen. En mocht iemand zondigen, dan
hebben wij bij de Vader een helper, Jesus Christus de Gerechte. Hij is een
verzoening voor onze zonden, en niet voor de onze alleen, maar ook voor die van
de gehele wereld'. 1 Joh. 2, 1-2.
Vijftiende les
Jesus Christus onze
Rechter
Artikel 7. 'Vandaar
zal Hij komen oordelen de levenden en de doden'
Vraag 122: Wanneer zal Christus terugkomen?
Christus zal terugkomen bij het einde van de wereld, om alle
mensen gezamenlijk te oordelen. Dit oordeel wordt genoemd het algemeen oordeel
of het laatste oordeel.
'Hij is door
God aangesteld als Rechter over levenden en doden'. Hand. 10, 42. 'De Vader
heeft het oordeel geheel aan de Zoon gegeven opdat allen de Zoon zouden eren'.
Joh. 5, 22-23.
Vraag 123: Wanneer zal het algemeen oordeel plaats hebben?
Het algemeen oordeel zal plaats hebben op het einde van de
wereld, maar de dag is onbekend.
Vraag 124: Wat zal aan het algemeen oordeel voorafgaan?
Aan het algemeen oordeel zal voorafgaan,
1. de geweldige vervolging door de antichrist;
2. de ondergang van de wereld;
3. de verrijzenis van de doden.
Vraag 125: Wat zal Christus bij het algemeen oordeel tot de
rechtvaardigen zeggen?
Bij het algemeen oordeel zal Christus tot de rechtvaardigen
zeggen, 'Komt, gezegenden van Mijn Vader; neemt bezit van het rijk, dat voor u
bereid is van de grondvesting der wereld af'.
Vraag 126: Wat zal Christus bij het algemeen oordeel tot de
verdoemden zeggen?
Bij het algemeen oordeel zal Christus tot de verdoemden zeggen,
'Gaat weg van Mij, vervloekten, in het eeuwige vuur'.
Zestiende les
De Heilige Geest -
Artikel 8. 'Ik geloof in de Heilige Geest'
Vraag 127: Welke Gave heeft Christus na Zijn Hemelvaart het
eerst geschonken?
Na Zijn Hemelvaart heeft Christus het eerst de beloofde
Heilige Geest geschonken. Feestdag, Hoogfeest van Pinksteren, 50ste dag na
Pasen.
Vraag 128: Hoe is de Heilige Geest op het Pinksterfeest
neergedaald?
De Heilige Geest is op het Pinksterfeest neergedaald in de
gedaante van vurige tongen.
Vraag 129: Wat werkte de Heilige Geest in de Apostelen uit
op het Pinksterfeest?
Op het Pinksterfeest verlichtte de Heilige Geest de
Apostelen, en gaf hun moed en kracht om de leer van Christus aan alle volkeren
te verkondigen.
Vraag 130: Is de Heilige Geest alleen aan de Apostelen
geschonken?
De Heilige Geest is niet alleen aan de Apostelen geschonken;
volgens de belofte van Jesus is Hij voor altijd als een Trooster en een Kracht
van Boven geschonken aan geheel de H. Kerk.
Vraag 131: Wat doet de Heilige Geest voor de Kerk?
De Heilige Geest bestuurt en heiligt de Kerk en bewaart haar
voor dwaling; Hij is de Ziel van de Kerk.
Vraag 132: Wat doet de Heilige Geest voor alle gelovigen?
De Heilige Geest woont in alle gelovigen, die in staat van
genade zijn; Hij heiligt hen naar ziel en lichaam en leidt hen als kinderen van
God door het leven.
'Allen toch, die door Gods Geest
worden geleid, zijn kinderen Gods'. Rom. 8, 14.
'Of weet gij niet dat uw lichaam
een tempel is van de Heilige Geest, Die in u woont en Die gij van God hebt
ontvangen?' 1 Kor. 6, 19.
'De Geest zelf getuigt met onze
geest, dat wij kinderen zijn van God'. Rom. 8, 16.
'De Geest komt ook onze zwakheid
te hulp. Hij smeekt zelf voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen'. Rom. 8,
26.
Vraag 133: Waarom moeten wij de Heilige Geest bijzonder
vereren?
Wij moeten de Heilige Geest bijzonder vereren, omdat Hij de
heiligende Kracht is in de Kerk en in ons.
Wij vereren de Heilige Geest
door het gebed, 'Kom, Heilige Geest, vervul de harten van Uw gelovigen en
ontsteek in hen het vuur van Uw liefde'.
Zeventiende les
De H. Kerk
Artikel 9. 'De
Heilige, Katholieke Kerk, de gemeenschap van de heiligen'
Vraag 134: Wat heeft Jesus gedaan om Zijn werk hier op aarde
te doen voortduren?
Om Zijn werk hier op aarde te doen voortduren, heeft Jesus
de H. Kerk gesticht.
'Christus bemint de Kerk. Hij
heeft Zich voor haar overgeleverd, om haar te heiligen en te reinigen, om Zich
een heerlijke Kerk te bereiden. Hij voedt en verzorgt Zijn Kerk, omdat wij de
ledematen zijn van Zijn Lichaam'. Efez. 5, 25-27 en 29.
Vraag 135: Wat is de H. Kerk?
De H. Kerk is de gemeenschap door Jesus gesticht om het Rijk
Gods onder alle mensen te brengen en te voltooien.
Vraag 136: Hoe noemen wij de Kerk, die Jesus gesticht heeft?
De Kerk, die Jesus gesticht heeft noemen wij de Heilige
Rooms-Katholieke Kerk.
Vraag 137: Hoe wordt de H. Kerk ook genoemd?
De H. Kerk wordt ook genoemd het Mystiek of geheimnisvol
Lichaam van Christus.
Vraag 138: Is de Kerk van Christus ook zichtbaar?
Ja, de Kerk van Christus is ook zichtbaar, want Christus
heeft aan Zijn Kerk een zichtbaar bestuur gegeven, een zichtbaar leergezag, en
een zichtbaar Priesterschap.
Vraag 139: Hoedanig
heeft Christus Zijn Kerk gesticht?
Christus
heeft Zijn Kerk gesticht, één, heilig, algemeen en apostolisch.
Vraag 140: Waarin
is de Kerk één?
De Kerk is
één in haar leer, in haar genademiddelen en in haar leiding.
'Eén lichaam en
één Geest, zoals gij ook geroepen zijt in de éne hoop van uw roeping, één Heer,
één geloof, één doopsel; één God en Vader van allen, die boven allen, door
allen en in allen is'. Efez. 4, 4-5.
Vraag 141: Waarom
is de Kerk heilig?
De Kerk is heilig omdat zij een heilige leer predikt, alle
middelen geeft om heilig te worden en altijd heiligen voortbrengt.
'Er staat geschreven, Weest
heilig, omdat Ik heilig ben'. 1 Petr. 1, 16.
Vraag 142: Waarom
is de Kerk Katholiek of algemeen?
De Kerk is
algemeen, omdat zij bestemd is voor alle volken en zich over de gehele aarde
verbreidt.
'Het laatste
woord van Jesus aan zijn apostelen, Gaat en onderwijst alle volkeren, doopt ze
in de naam van de Vader en de Zoon en van de Heilige Geest en leert ze
onderhouden al wat Ik u heb geboden. Ziet, Ik ben altijd met u, tot aan het
einde van de wereld'. Matt. 28, 19-20.
Vraag 143: Waarom
is de Kerk Apostolisch?
De Kerk is Apostolisch, omdat zij altijd en overal één is
met de Kerk van de Apostelen.
'Gij zijt
gebouwd op de grondslag van de apostelen en profeten'. Efez. 2, 20.
Vraag 144: Hoe
wordt men lid van de H. Kerk?
Men wordt lid
van de H. Kerk door het H. Doopsel.
Vraag 145: Hoe
behoren wij mede te werken aan de uitbreiding van de H. Kerk?
Wij behoren mede te werken aan de uitbreiding van de H. Kerk
door ons gebed, door ons offer en onze steun aan de genootschappen voor de
uitbreiding van het geloof.
De vier
voornaamste genootschappen voor de uitbreiding van het geloof zijn,
1. Het
Pauselijk Genootschap tot Voortplanting van het geloof voor de bekering der
heidenen.
2. Het
Pauselijk Genootschap van de heilige Kindsheid voor de opvoeding van de
heidense jeugd.
3. Het
Pauselijk Liefdewerk van de heilige Apostel Petrus voor opleiding van inlandse
priesters.
4. Het
Apostolaat der Hereniging voor de hereniging van de afgescheiden
Christen-kerken met de Kerk van Rome.
Achttiende les
Het bestuur van de H.
Kerk
Vraag 146: Wie
heeft Jesus aangesteld om Zijn Kerk te besturen?
Om Zijn Kerk
te besturen, heeft Jesus de Apostelen en hun opvolgers aangesteld.
Vraag 147: Wie
heeft Jesus tot hoofd van Zijn Kerk aangesteld?
Tot hoofd van
Zijn Kerk heeft Jesus de H. Petrus aangesteld.
Vraag 148: Hoe
heeft Jesus aan Petrus het oppergezag over Zijn Kerk beloofd?
Jesus heeft aan Petrus het oppergezag over Zijn Kerk beloofd
met de woorden, 'Gij zijt Petrus en op deze steenrots zal Ik Mijn Kerk bouwen'.
Vraag 149: Met
welke woorden heeft Jesus aan Petrus het oppergezag over Zijn Kerk gegeven?
Jesus heeft
aan Petrus het oppergezag over Zijn Kerk gegeven met de woorden, 'Weid Mijn
lammeren, weid Mijn schapen'.
Vraag 150: Is
Jesus zelf niet het Hoofd van de H. Kerk?
Jesus zelf is en blijft het Hoofd van de H. Kerk, maar
Petrus is door Jesus aangesteld als Zijn zichtbare plaatsbekleder op aarde.
Vraag 151: Wie
is de opvolger van de H. Petrus?
De opvolger
van de H. Petrus is de Paus.
Vraag 152: Wat
is de Paus?
De Paus is de Bisschop van Rome, de wettige opvolger van de
H. Petrus en de plaatsbekleder van Jesus op aarde.
Vraag 153: Wie
zijn de opvolgers van de Apostelen?
De opvolgers van de Apostelen zijn de Bisschoppen; zij zijn
door de Heilige Geest gesteld om, onder het oppergezag van de Paus, de H. Kerk
in hun bisdom te besturen.
'Geeft acht op
u zelf en op heel de kudde, waarover de Heilige Geest u als bewakers gesteld
heeft, om de Kerk van de Heer te besturen, die Hij door Zijn eigen bloed heeft
verworven'. Hand. 20, 28.
Vraag 154: Wie
zijn de medehelpers der Bisschoppen?
De medehelpers der Bisschoppen zijn voornamelijk de Pastoors
in hun parochies en ook alle andere priesters.
Vraag 155: Wie
zijn schismatieken?
Schismatieken of afgescheidenen zijn zij, die wel gedoopt
zijn en zich christenen blijven noemen, maar gehoorzaamheid weigeren aan de
Paus van Rome.
Negentiende les
Het leergezag van de
H. Kerk
Vraag 156: Wie heeft Jesus tot leraren in de Kerk
aangesteld?
Jesus heeft tot leraren in de Kerk aangesteld de Paus en de
Bisschoppen.
Vraag 157: Kan de H. Kerk dwalen, wanneer zij ons de leer
van Christus meedeelt?
Wanneer de H. Kerk ons de leer van Christus meedeelt, kan
zij niet dwalen; zij is in de geloofsleer en zedenleer onfeilbaar.
Vraag 158: Waardoor is de H. Kerk in de geloofsleer en
zedenleer onfeilbaar?
De H. Kerk is in de geloofsleer en zedenleer onfeilbaar door
de bijzondere bijstand van de Heilige Geest.
Vraag 159: Wie bezitten het onfeilbaar leergezag in de H.
Kerk?
Het onfeilbaar leergezag in de H. Kerk bezitten de Paus
afzonderlijk en de Bisschoppen gezamenlijk, in vereniging met de Paus.
'Wie U hoort, hoort Mij, en wie
U versmaadt, versmaadt Mij'. Lk. 10, 16.
Vraag 160: Wanneer is de Paus onfeilbaar?
De Paus is onfeilbaar, wanneer hij als hoofd van de H. Kerk
een beslissende uitspraak doet over geloof of zeden en alle christenen de
verplichting hebben die uitspraak aan te nemen.
'En Ik, Ik zeg u, Gij zijt
Petrus, en op deze steenrots zal Ik Mijn Kerk bouwen, en de poorten der hel
zullen haar niet overweldigen'. Matt. 16, 18.
'De Apostelen en de oudsten
kwamen bijeen om deze zaak te onderzoeken. Toen men het niet eens kon worden
stond Petrus op en sprak tot hen. Nu zweeg de hele vergadering'. Hand. 15, 6-7
en 12.
Vraag 161: Wat is een dogma?
Een dogma is een geloofswaarheid, die het leergezag van de
H. Kerk door een onfeilbare uitspraak aan ons leert.
Vraag 162: Wie zijn ketters?
Ketters zijn zij, die wel gedoopt zijn, en zich christenen
blijven noemen, maar hardnekkig een of meer geloofswaarheden verwerpen.
Twintigste les
De goddelijke
Overlevering en de H. Schrift
Vraag 163: Waaruit weet de H. Kerk, wat Christus heeft
geleerd?
Wat Christus heeft geleerd, weet de H. Kerk uit de
goddelijke Overlevering en de H. Schrift.
Vraag 164: Wat verstaan wij onder de goddelijke
Overlevering?
Onder de goddelijke Overlevering verstaan wij de
geopenbaarde waarheden, die door de Apostelen mondeling zijn geleerd en door de
H. Kerk tot ons zijn gekomen.
Vraag 165: Wat verstaan wij onder de H. Schrift?
Onder de H. Schrift of de Bijbel verstaan wij de heilige boeken,
die onder bijzondere ingeving van de Heilige Geest geschreven zijn en door de
H. Kerk tot ons zijn gekomen.
Vraag 166: Hoe worden de boeken van de H. Schrift verdeeld?
De boeken van de H. Schrift worden verdeeld in de boeken van
het Oude en de boeken van het Nieuwe Testament.
Vraag 167: Welke heilige Boeken behoren tot het Oude
Testament?
Tot het Oude Testament behoren die heilige Boeken, die voor
de komst van Christus geschreven zijn.
Vraag 168: Welke heilige Boeken behoren tot het Nieuwe
Testament?
Tot het Nieuwe Testament behoren die heilige Boeken, die na
de komst van Christus geschreven zijn.
Vraag 169: Hoe kennen wij met zekerheid de goddelijke
Overlevering en ook de H. Schrift?
Wij kennen met zekerheid de goddelijke Overlevering en ook
de H. Schrift alléén door de H. Kerk.
Vraag 170: Mogen wij de H. Schrift lezen?
Wij mogen de H. Schrift lezen, als de uitgave kerkelijk is
goedgekeurd.
Vraag 171: Is het lezen van de H. Schrift nuttig?
Het lezen van de H. Schrift is nuttig en vertroostend, omdat
in de H. Schrift de Heilige Geest tot ons spreekt, Die het Licht is van de H.
Kerk en de Bron van alle waarheid.
'De mens leeft niet van brood
alleen, maar van ieder woord, dat komt uit de mond van God'. Matt. 4, 4.
'De hele Schrift is door God
ingegeven en is nuttig tot onderrichting, weerlegging, terechtwijzing en
opvoeding in de gerechtigheid'. 2 Tim. 3, 16.
Een en twintigste les
De Priesterlijke
macht van de H. Kerk
Vraag 172:
Aan wie heeft Christus de Priesterlijke macht in Zijn Kerk
gegeven?
Christus heeft de Priesterlijke macht in Zijn Kerk gegeven aan
Zijn Apostelen en aan hun opvolgers en medehelpers.
Vraag 173:
Is Christus Zelf niet de eeuwige Hogepriester?
Christus Zelf is en blijft de eeuwige Hogepriester, maar Hij
doet al Zijn priesters delen in Zijn eeuwig Priesterschap.
Vraag 174:
Hoe oefent de H. Kerk de Priesterlijke macht uit?
De H. Kerk oefent de Priesterlijke macht uit door het H.
Misoffer op te dragen, de Sacramenten toe te dienen, door te wijden en te
zegenen en door uit naam van de gelovigen te bidden.
'God heeft ons door Christus de bediening
der Verzoening toevertrouwd'. 2 Kor. 5-18.
'Zo moet men ons beschouwen, als
dienaars van Christus en beheerders van Gods geheimenissen'. 1 Kor. 4, 1.
Twee en twintigste
les
De gemeenschap van de
heiligen
Vraag 175: Wat verstaan wij onder de gemeenschap van de
heiligen?
Onder de gemeenschap van de heiligen verstaan wij de
bovennatuurlijke eenheid, die er in Christus bestaat tussen de leden van de
strijdende, de lijdende en de zegevierende Kerk.
Vraag 176: Wie behoren tot de strijdende Kerk?
Tot de strijdende Kerk behoren de gelovigen op aarde.
Vraag 177: Wie behoren tot de lijdende Kerk?
Tot de lijdende Kerk behoren de zielen in het vagevuur.
Vraag 178: Wie behoren tot de zegevierende Kerk?
Tot de zegevierende Kerk behoren de zaligen in de hemel.
Vraag 179: Waardoor helpen de gelovigen op aarde elkander?
De gelovigen op aarde helpen elkander door gebeden, goede
werken en offers, maar vooral door het H. Misoffer.
'Draagt elkanders lasten; zo
zult gij de wet van Christus volbrengen'. Gal. 6, 2.
Vraag 180: Waardoor helpen wij de zielen in het vagevuur?
Wij helpen de zielen in het vagevuur door gebeden, goede
werken, offers en aflaten, maar vooral door het H. Misoffer.
Allerzielen, 2 November.
Vraag 181: Waardoor helpen ons de zaligen in de hemel?
De zaligen in de hemel helpen ons door hun voorspraak bij
God.
Allerheiligen, 1 November.
Drie en twintigste
les
De vergeving van de
zonden - Artikel 10. 'De vergeving van de zonden'
Vraag 182: Heeft de H. Kerk de macht om de zonden te
vergeven?
De H. Kerk heeft van Jesus Christus de macht ontvangen om
alle zonden te vergeven, hoe zwaar en talrijk die ook mogen zijn.
Vraag 183: Hoe vergeeft de H. Kerk de zonden?
De H. Kerk vergeeft de zonden voornamelijk door de
Sacramenten van het Doopsel en van de Biecht.
'Jesus blies over de Apostelen
en sprak, ontvangt de Heilige Geest. Wier zonden gij vergeeft, hun zijn ze
vergeven; wier zonden gij behoudt, hun zijn ze behouden'. Joh. 20, 22-23.
Vier en twintigste les
De dood en de
verrijzenis - Artikel 11. 'De verrijzenis van het lichaam'
Vraag 184: Wat betekent de dood voor een christen?
Voor een christen betekent de dood de overgang naar een
beter leven.
'Voor mij is leven Christus en
sterven winst. Ik verlang er naar te vertrekken en bij Christus te zijn'. Fil.
1, 21 en 23.
Vraag 185: Wanneer zullen wij sterven?
Wanneer wij zullen sterven weten wij niet; daarom zegt Jesus
ons, 'Weest bereid, want ge kent dag noch uur'.
Vraag 186: Wat gebeurt er bij de dood?
Bij de dood wordt de ziel van het lichaam gescheiden; de
ziel wordt terstond geoordeeld en het lichaam vergaat tot stof, maar zal
eenmaal daaruit verrijzen.
Vraag 187: Hoe wordt het oordeel genoemd, dat de ziel
terstond na de dood ondergaat?
Het oordeel, dat de ziel terstond na de dood ondergaat,
wordt genoemd het bijzonder oordeel.
Vraag 188: Waarheen gaat de ziel na het bijzonder oordeel?
Na het bijzonder oordeel gaat de ziel naar de hemel, naar de
hel of naar het vagevuur.
Vraag 189: Wat doet de H. Kerk voor ons na onze dood?
Na onze dood draagt de H. Kerk het H. Misoffer op voor onze
zielerust, en begraaft ons lichaam in gewijde aarde.
Vraag 190: Wat betekent de verrijzenis van de doden?
De verrijzenis van de doden betekent, dat de lichamen van de
overledenen door Jesus Christus weer met hun zielen verenigd zullen worden, en
levend uit het graf zullen opstaan.
Vraag 191: Hoe zullen de lichamen van de rechtvaardigen
verrijzen?
De lichamen van de rechtvaardigen zullen verrijzen in
heerlijkheid, en gelijken op het verheerlijkt lichaam van Christus.
'Wij verwachten uit de hemel de
Verlosser Jesus Christus, de Heer, die ons vernederd lichaam zal herscheppen en
gelijk maken aan Zijn verheerlijkt lichaam'. Fil. 3, 20-21.
Vraag 192: Hoe zullen de lichamen van de verdoemden
verrijzen?
De lichamen van de verdoemden zullen verrijzen in schande,
met het afschuwelijk kenteken van de eeuwige verwerping.
Vijf en twintigste
les
De hemel, de hel en
het vagevuur - Artikel 12. 'Het eeuwig leven. Amen'
Vraag 193: Wat is de hemel?
De hemel is de plaats, waar de rechtvaardigen een eeuwige
rust en een eeuwig geluk genieten door het aanschouwen en beminnen van God.
'Thans zijn we reeds kinderen
Gods; maar nog is het niet openbaar geworden, wat we zúllen zijn. Dan zullen we
aan Hem gelijk zijn, want wij zullen Hem zien, zoals Hij is'. 1 Joh. 3, 2.
Vraag 194: Wie gaan naar de hemel?
Naar de hemel gaan zij, die sterven in staat van genade, en
niets meer te boeten hebben.
Vraag 195: Zal ook het lichaam delen in het geluk van de
hemel?
Ook het lichaam zal delen in het geluk van de hemel, na het
laatste oordeel.
'En niet alleen de schepping,
ook wijzelf, die de eerste vruchten van de Geest reeds bezitten, verzuchten in
ons binnenste vurig verlangend naar het (volmaakte) kindschap, de verlossing
van ons lichaam'. Rom. 8, 23.
Vraag 196: Zullen alle rechtvaardigen een even groot geluk
hebben?
Alle rechtvaardigen zullen niet een even groot geluk hebben,
maar iedereen zal loon ontvangen volgens zijn verdiensten.
'Want de Zoon des mensen zal met
Zijn engelen komen in de heerlijkheid van Zijn Vader, en dan zal Hij iedereen
volgens zijn werken vergelden'. Matt. 16, 27.
Vraag 197: Wat is de hel?
De hel is de plaats waar de verdoemden gestraft worden door
het eeuwig gemis van God en de pijnen van het helse vuur.
'Als uw hand u ergert, houw ze
af. Het is beter verminkt het (eeuwige) leven binnen te gaan dan met twee
handen naar de hel te gaan, naar het onuitblusbaar vuur'. Mk. 9, 42.
Vraag 198: Wie gaan naar de hel?
Naar de hel gaan zij, die sterven in staat van doodzonde.
Vraag 199: Zal ook het lichaam delen in de straf van de hel?
Ook het lichaam zal delen in de straf van de hel, na het
laatste oordeel.
Vraag 200: Hoe wordt het eeuwig lot van de zondaren genoemd?
Het eeuwig lot van de zondaren wordt genoemd, de eeuwige
verdoemenis.
Vraag 201: Zullen alle verdoemden een even groot lijden
hebben?
Alle verdoemden zullen niet een even groot lijden hebben,
maar iedereen zal straf ontvangen volgens zijn schuld.
Vraag 202: Wat is het vagevuur?
Het vagevuur is de plaats, waar de zielen van de
rechtvaardigen door het lijden haar zondestraffen moeten uitboeten.
Vraag 204: Hoelang blijven de zielen in het vagevuur?
De zielen blijven in het vagevuur, totdat zij door het
lijden haar zondestraffen hebben uitgeboet, of door de hulp van anderen verlost
worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten